U bent hier
Dubbel zoveel vertrouwen in stadsbestuur
Het Laatste Nieuws/Denderstreek,
Het vertrouwen in het stadsbestuur is tussen 2011 en 2017 bijna verdubbeld. Een opsteker voor burgemeester Christoph D'Haese. Al is het werk nog niet gedaan: amper 48 procent vindt dat er genoeg kinderopvang is en het onveiligheidsgevoel blijft hoog.
Het vertrouwen in het stadsbestuur in Aalst kende in 2011 een absoluut dieptepunt met 16 procent. Aalst bengelde daarmee helemaal achteraan in de rangschikking van de dertien centrumsteden. Een jaar later verloor de coalitie van CD&V, Open Vld en sp.a de verkiezingen tegen N-VA. Sinds de start van het nieuwe stadsbestuur onder leiding van Christoph D'Haese (N-VA) gaat dat cijfer weer omhoog, waardoor we in 2017 afklokken op 31 procent, bijna een verdubbeling dus. Aalst is nu niet meer de laatste in de rij, maar deelt de vijfde laatste plek. "Het vertrouwen in het stadsbestuur, dat is toch één van de belangrijkste cijfers uit de Stadsmonitor. Aalst is één van de sterkste stijgers dus ik ben een tevreden burgemeester. Het kan natuurlijk nog beter, als je vergelijkt met Mechelen (stijgt van 33 naar 52 procent, nvdr), maar de burgemeester daar heeft ook al wat meer tijd gekregen om dit resultaat neer te zetten. Het is een work in progress."
Mooie resultaten
In Aalst werden er 2.000 burgers ouder dan 17 bevraagd. "Voor de domeinen waar we op ingezet hebben zijn er mooie resultaten. Het vertrouwen in de politie stijgt (in 2011 had 29,9 procent van de inwoners vertrouwen in de politie, in 2017 zegt 39 procent veel vertrouwen te hebben in de politiediensten, nvdr.), de mensen zijn tevreden over de communicatie van de stad en ook in de strijd tegen kinderarmoede zetten we stappen in de positieve zin", zegt de burgemeester. 69 procent zegt fier te zijn op de stad en 84 procent van de bevraagden zegt graag in Aalst te wonen.
Werkpunten
Nochtans zijn er ook cijfers die beter kunnen. Zo voelt amper 55 procent van de burgers zich nooit of zelden onveilig in de stad, tegenover gemiddeld 75 procent in Vlaanderen. De Aalstenaar is minder tevreden over de beschikbaarheid van parkeerplaatsen in de buurt. De tevredenheid daalde van 49 procent in 2014 naar 44 procent in 2017. De tevredenheid over het aantal fietsenstallingen is met 5 procent gestegen ten opzichte van 2014, maar scoort nog steeds relatief laag met 23 procent. Ook het aandeel Aalstenaars dat wekelijks minimum 20 minuten sport is met 43 procent relatief laag. Het cijfer is wel al lichtjes gestegen tegenover de vorige bevraging in 2014. Amper 22 procent staat positief tegenover diversiteit, maar ook dat is een verbetering tegenover drie jaar geleden (16 procent).
De Aalstenaar vindt ook dat er te weinig kinderopvang is, 48 procent is daar tevreden over, tegenover 71 procent in Vlaanderen.
RUTGER LIEVENS ■