U bent hier
Aalst bestaat al veel langer dan gedacht
Het Nieuwsblad/Regionaal: Dender,
Na een zogenaamde radiometrische datering, waarmee de ouderdom van organisch materiaal wordt bepaald, blijkt dat een deel van de Sint-Martinuskerk al tussen 700 en 900 na Christus intensief werd gebruikt. Dat bewijst dat Aalst al langer bestaat dan wat werd gedacht op basis van historische bronnen.
In de zomer van 2017 waren de archeologen van Solva druk in de weer in de Aalsterse Sint-Martinuskerk. De installatie van een nieuw verwarmingssysteem in de kerk gaf hen de kans om door het kerkgebouw tal van kleine sleuven te maken.
Alle gegevens van de opgraving zijn nu geanalyseerd en verwerkt tot een rapport. “Het archeologisch onderzoek bevestigt niet alleen wat we al wisten, maar toont ook aan dat Aalst ouder is dan we dachten, en dat er in de vroegste geschiedenis al meerdere stadskernen waren”, zegt schepen van Erfgoed Karim Van Overmeire (N-VA).
De archeologen staven die stelling met de resultaten van verschillende radiokoolstofdateringen die uitgevoerd werden door het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK) in Brussel.
“We hadden wel verwacht dat er nog iets van de oudere kerkfases bewaard zou zijn, maar hadden niet gedacht dat we met deze mini-opgravingen toch nog zo'n goed idee zouden krijgen van de omvang en het uitzicht van de Romaanse kerk”, vertelt archeologe Sigrid Klinkenborg.
Op een plaats gingen de onderzoekers nog dieper in de grond, waar ze op enkele veel oudere kuilen stootten. De putten dienden mogelijk als graf- of afvalkuil. “Omdat er geen aardewerk te vinden was, lieten we analyses uitvoeren op basis van de aardeverkleuringen en het aanwezige houtskool”, zo gaat Klinkenborg verder.
Goederenlijsten van abdij
De resultaten daarvan plaatsen de kuilen in de Karolingische periode: dat is tussen 700 en 900 na Christus. Tot op heden werd nooit zoiets oud in de kerk aangetroffen. De oudste vermelding van Aalst in geschriften dateert zelfs uit 868 met de vermelding van villa Alost in de goederenlijsten van de abdij van Lobbes.
“Uit het archeologisch onderzoek blijkt nu dat ook de zone van de kerk in die periode al intensief werd gebruikt”, zegt Van Overmeire. “De geschiedenis van Aalst begon dus vroeger dan we dachten en ook de theorie dat Aalst gegroeid is uit een kern die zich bevond aan het oud hospitaal, nu het stedelijk museum, komt steeds meer op de helling te staan.”
Uit opgravingen op de Oude Vismarkt, onder de speelplaats van het Sint-Jozefscollege en nu ook in de Sint-Martinuskerk, blijkt dat villa Alost niet de enige woonkern was.
Leen De Smedt ■
Stad Aalst is ouder dan gedacht
Het Laatste Nieuws/Denderstreek,
De stad Aalst is ouder dan gedacht, blijkt uit archeologisch onderzoek in de Sint-Martinuskerk. De oudste vermelding van Aalst in geschriften dateert uit 868 - 869 na Christus met de vermelding van 'villa Alost' in de goederenlijsten van de abdij van Lobbes. Uit archeologisch onderzoek blijkt nu dat er toen al verschillende woonkernen in Aalst waren. "We zullen ons verhaal over het ontstaan van onze stad dus een beetje moeten herschrijven", zegt schepen Karim Van Overmeire.
Aalst is ouder dan we denken en ontstond niet uit één 'Villa Alost' dat zich aan de Dender (nu Oude Vismarkt) situeerde. Dat concluderen archeologen uit onderzoek in de Sint-Martinuskerk van Aalst.
"Het archeologisch onderzoek in de Sint-Martinuskerk bevestigt niet alleen wat we al wisten, maar toont ook aan dat Aalst ouder is dan we dachten en dat er in de vroegste geschiedenis al meerdere kernen waren. We zullen ons verhaal over het ontstaan van onze stad dus een beetje moeten herschrijven", zegt schepen van Erfgoed Karim Van Overmeire (N-VA).
Radiokoolstofdateringen
In de zomer van 2017 waren de archeologen van SOLVA aan de slag in de Sint-Martinuskerk van Aalst. De plaatsing van een nieuw verwarmingssysteem in de kerk gaf de kans om doorheen de hele kerk tal van kleine sleuven te maken. Alle gegevens van de opgraving zijn nu geanalyseerd en verwerkt tot een rapport. Vooral de verschillende radiokoolstofdateringen, uitgevoerd door het KIK in Brussel, leverden enkele opmerkelijke resultaten op.
"We verwachtten wel dat er nog iets van de oudere kerkfases bewaard ging zijn, maar hadden niet gedacht dat we met deze 'mini-opgravingen' toch nog zo'n goed idee gingen krijgen van de omvang en het uitzicht van de Romaanse kerk. We hebben bijvoorbeeld kunnen vaststellen dat de Romaanse kerk, gebouwd in de elfde of de twaalfde eeuw, drie beuken had en waarschijnlijk meer dan 41 meter lang was", zegt archeologe Sigrid Klinkenborg van Solva.
700 na Christus
Op één plaats in de viering konden de archeologen dieper graven en hier troffen ze enkele oudere kuilen aan. "De resultaten van deze dateringen plaatsen deze kuilen in de Karolingische periode. Dat is de periode tussen 700/750 en 900 na Christus", vertelt de archeologe. Tot op heden zijn dit de oudste dateringen binnen de kerk.
De oudste vermelding van Aalst in geschriften dateert uit 868/869 met de vermelding van 'villa Alost' in de goederenlijsten van de abdij van Lobbes.
"Uit het archeologisch onderzoek blijkt nu dat ook de zone van de kerk in die periode reeds intensief werd gebruikt. De geschiedenis van Aalst begon dus vroeger dan we dachten en ook de theorie dat Aalst gegroeid is uit een kern die zich situeerde aan de Vismarkt/Oud Hospitaal (nu het Stedelijk Museum) komt steeds meer op de helling te staan", zeggen de archeologen. "Uit opgravingen op de Oude Vismarkt, onder de speelplaats van het Sint-Jozefscollege en nu ook in de Sint-Martinuskerk blijkt dat 'Villa Alosta' niet de enige woonkern was."
RUTGER LIEVENS ■