SVI en Groot College 'witste scholen'

Op 10 juni 2013

De cijfers zijn afkomstig van Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet (sp.a) en behelsen het schooljaar 2011-2012. Daaruit blijkt dat de zogenaamde 'concentratiescholen' in Aalst vooral in het basisonderwijs moeten zoeken. 65 procent van de leerlingen van stedelijke kleuterschool 't Krawietelke in de Hovenierstraat spreekt thuis een andere taal dan het Nederlands. In stedelijke Freinetschool De Notelaar in de Vrijheidstraat spreken 102 van de 177 kinderen (58 procent) een andere taal. In het centrum ontsnapt geen enkele lagere school, want zelfs in de lagere school van het Sint-Jozefscollege in de Pontstraat klokt men af op een goeie 20 procent.

Stad vs platteland

Er is ook één lagere school die helemaal geen leerlingen heeft met een andere thuistaal dan het Nederlands: de basisschool in de Meersstraat in Gijzegem. Ook in de andere deelgemeenten liggen de percentages doorgaans lager dan in de stad. "In de basisscholen in Aalst spreekt gemiddeld 27 procent van de leerlingen thuis geen Nederlands. Voor het basisonderwijs in de deelgemeentes bedraagt het gemiddelde 10 procent. In zowat de helft van de scholen is het zelfs lager dan 5 procent, maar bijvoorbeeld in Erembodegem vind je dan weer scholen met percentages van 25 procent en meer", licht Karim Van Overmeire (N-VA) toe. "Voor Aalst en deelgemeenten komen we op een gemiddelde van 19 procent voor het basisonderwijs. In het secundair onderwijs liggen de cijfers lager en hebben we een gemiddelde van 10 procent. Als je de cijfers vergelijkt met de voorbije jaren dan zien we een stijging van 1 à 2 procent", aldus Van Overmeire, die zegt volop te willen inzetten op ondersteuning van de leerkrachten van Aalst over de netten heen met taalcoaches, extra taallessen en taalbaden. Enkele grote secundaire scholen in Aalst zijn 'witte' scholen en moeten nauwelijks inzetten op extra taallessen. In het SVI Gijzegem zitten er met 2 procent procentueel gezien het minst aantal leerlingen met een andere thuistaal. "De onderwijsinspectie heeft ons die cijfers ook meegedeeld en erbij gezegd dat wellicht onze ligging de belangrijkste factor is. Het is een school op de buiten, terwijl mensen die thuis een andere taal spreken toch vaker in de stad wonen en hun kinderen dus daar naar school doen", zegt adjunct-directeur Isabelle Redant. "Voor die scholen betekent dat toch een extra zorg en belasting, die wij niet kennen."

ASO

Het Sint-Jozefscollege (Groot College in de volksmond) in de Pontstraat kan zich niet verstoppen achter het excuus dat de school op de buiten zou liggen. Directeur Arie De Rijck vindt moeilijk een verklaring waarom zo weinig mensen van een ander origine (3 procent) de weg naar de school vinden. "In onze lagere scholen is de mix veel groter, maar we stellen vast dat er weinig mensen uit die doelgroep zich inschrijven bij ons. Ook dit jaar staan er maar drie op de wachtlijst." "Denken de mensen dat we een dure school zijn? We spreken dat tegen. Toen we een school in de Eikstraat overnamen, bleek het daar alvast duurder dan bij ons. Wie het moeilijk heeft, kan gebruik maken van ons sociaal fonds. Misschien komt het door ons uitgesproken ASO-profiel. We staan ervoor open, maar ze komen gewoon niet. Ik kan moeilijk leerlingen beginnen ronselen", zegt hij.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is